Je achterban raadplegen: zo doe je dat

Je achterban is als patiënten- of cliëntenorganisatie je meest waardevolle bezit. Hoe zorg je dat je goed weet wat er leeft? We stellen drie vragen aan Ties Obers van Diabetesvereniging Nederland.

Drie vragen aan Ties Obers van Diabetesvereniging Nederland

Wat is de kern van een goede achterbanraadpleging?

“Dat je niet zomaar wat doet, maar zorgt voor structuur. Het begint dus met een plan en maak dat vooral niet te groot. Probeer niet te veel in een keer te doen. Begin bijvoorbeeld met een of twee focusgroepen en bouw dat pas later uit.”

Wanneer kies je voor wat voor soort raadpleging?

“Dat verschilt per onderwerp en wat je precies wil weten. Soms interview je een individu. Soms ga je in gesprek met een focusgroep. En als je cijfers nodig hebt zet je een enquête uit. We hebben daarvoor een panel van zo’n 1500 mensen. Die hebben zich daarvoor aangemeld en krijgen zo’n tien keer per jaar een vragenlijst. De hele vereniging krijgt één, maximaal twee keer per jaar een enquête voorgelegd. We willen hen immers niet overvragen.” 

Je achterban raadplegen levert dus ook altijd wat op?

“Zeker. Wij hebben recent een grote raadpleging gedaan waar we aan mensen vroegen hoe vaak zij hun streefwaarde halen. Dat is een belangrijk cijfer voor diabetespatiënten. Maar of en hoe vaak mensen deze halen, weten we eigenlijk helemaal niet. Uit dat onderzoek kwam waar we al bang voor waren: minder dan de helft haalt de streefwaarde. Het blijft dus belangrijk dat we verbeteringen aanbrengen. Ook hebben we een focusgroep met jongeren. Daarin proberen we een beter beeld te krijgen van wat jongeren van een patiëntenorganisatie verwachten zodat wij daarop in kunnen spelen. De voorkeur lijkt uit te gaan naar een meetup waar ze andere jongeren met diabetes ontmoeten.” 

 

Meer informatie